In de eHealth-monitor die in oktober uitkwam doen Nictiz en het NIVEL de aanbeveling aan opleidingsinstituten en beroepsverenigingen om training en nascholing gericht op eHealth te verzorgen, en eHealth te integreren in curricula. Wat is het huidige aanbod van eHealth-opleidingen en hoe zit eHealth in het curriculum van zorgopleidingen?
Op basis van uitgebreid onderzoek doet Nictiz in de eHealth monitor een aantal aanbevelingen voor beleidsmakers, (vertegenwoordigers van) zorgverleners en marktpartijen. In een serie artikelen gaan we in op de aanbevelingen uit de eHealth monitor. Deze week draait om de aanbeveling ‘bevorder integratie van eHealth in curricula en bevorder training en nascholing op het gebied van eHealth’.
Medicijndispensers en zorgrobots
De verpleegkundigen, psychologen, huisartsen en medisch specialisten die ondervraagd werden voor de eHealth-monitor 2016 krijgen steeds vaker met eHealth en zorgtechnologie te maken in hun werk. Verpleegkundigen werken in de thuiszorg met beeldschermzorg en medicijndispensers. Artsen en medisch specialisten gebruiken zorg op afstand en telemonitoring om patiënten thuis te monitoren en collega’s te kunnen consulteren. En huisartsen krijgen te maken met e-consults, online herhaalrecepten en patiënten met zelf gemeten waarden.
Toch is er volgens Nictiz en het NIVEL een kloof tussen waar zorgprofessionals mee te maken krijgen op de werkvloer, en wat ze geleerd hebben tijdens hun opleiding - vandaar de aanbeveling uit de eHealth-monitor. Maar het tij lijkt te keren. Of het nou hands-on in een werkplaats (skillslab) of traditioneel via hoorcolleges is, eHealth en zorgtechnologie wordt een onderdeel van mbo-, hbo- en wo-opleidingen. En ook zorgprofessionals hebben legio mogelijkheden om zichzelf bij te scholen op het gebied van zorgtechnologie en eHealth in hun loopbaan. Dit artikel biedt geen totaaloverzicht, maar geeft een schets van het onderwijslandschap.
Hbo-verpleegkunde
Welk werk doet een verpleegkundige in 2020? Daarover schreven we in 2015 dit artikel, na het verschijnen van het nieuwe opleidingsprofiel voor hbo-verpleegkunde. Vernieuwing van het opleidingsprofiel was nodig door maatschappelijke ontwikkelingen, zoals de vergrijzing en de toename van patiënten met (meerdere) chronische ziekten. Verpleegkundigen moeten voorbereid zijn op technologische ontwikkelingen zoals domotica en eHealth.
Dat nieuwe opleidingsprofiel werd ontwikkeld door zeventien Nederlandse hogescholen, die samenwerken in het LOOV, het Landelijk Overleg Opleidingen Verpleegkunde. Per september 2016 zijn alle zeventien hogescholen bezig met het vormgeven van de opleiding verpleegkunde volgens dit nieuwe profiel, zij het met hun eigen aanpak en snelheid.
"Sommige hogescholen organiseren een thema-week"
Hans Aerts is opleidingsmanager bachelor verpleegkunde bij het Instituut voor Verpleegkundige Studies, onderdeel van de Hogeschool Utrecht, en voorzitter van het LOOV. “Wij hebben ervoor gekozen om het thema eHealth in ons hele curriculum te verweven. Volgens ons hoort het bij de attitude en kennis van verpleegkundigen. Andere hogescholen kunnen het anders aanpakken en geven bijvoorbeeld specifieke aandacht aan het onderwerp in een thema-week.”
Studenten die de bachelor verpleegkunde volgen aan de Hogeschool Utrecht krijgen bijvoorbeeld hoorcolleges, vaardigheidslessen, en oefenen in een werkplaats, het skillslab, met nieuwe technologie. “Ook hebben we een zorgcentrale om te oefenen met triageren en zorg op afstand.”
Hoorcolleges en werkplaatsen
Meralda Slager is opleidingsmanager verpleegkunde bij De Haagse Hogeschool. “Onze studenten krijgen, naast hoorcolleges over zorgtechnologie, ook de mogelijkheid om te oefenen in het skillslab. Dat is een werkplaats waar vaardigheden zoals wassen en wondverzorging geleerd worden, en omgaan met nieuwe technologie is daar ook een onderdeel van.” Volgens Slager is haar onderwijsinstelling momenteel volop bezig met het vormgeven van het onderwijs voor HBO-V. “Dat doen we samen met onze lectoren, we zitten er nu middenin.”
Ook startte De Haagse Hogeschool het platform kwaliteit van leven en technologie. “Daarin brengen we verschillende lectoren samen die met zorgtechnologie bezig zijn. We hebben bijvoorbeeld zorgrobot Noa besteld, zodat verpleegkunde studenten kunnen bekijken wat robots in de zorg kunnen doen, en studenten techniek kunnen programmeren voor die robot.”
De sector hoger gezondheidszorg onderwijs telt ruim 45.000 studenten, volgens cijfers van de Vereniging Hogescholen uit 2015. Het hoger gezondheidszorg onderwijs bestaat uit 22 bacheloropleidingen, drie associate degree-opleidingen en drie masters. In de afgelopen jaren zijn er steeds meer specifieke zorg en technologie-bacheloropleidingen ontstaan. Neem de bacheloropleiding Mens en Techniek, die op vijf verschillende hogescholen wordt aangeboden.
Merendeel van de hogescholen heeft een lectoraat gericht op zorginnovatie- en technologie
Bij de Hogeschool Rotterdam als Gezondheidszorg Technologie, De Haagse Hogeschool richt zich op bewegingstechnologie, Zuyd Hogeschool op biometrie, bij Avans Hogeschool heet de opleiding Gezondheidszorg Technologie en bij Fontys Hogescholen studeer je Orthopedische Technologie. Ook bij de opleiding Medisch Beeldvormende en Radiotherapeutische Technieken, die bij Hanzehogeschool Groningen, Inholland en Fontys wordt aangeboden, spelen nieuwe technologie en eHealth een belangrijke rol.
Opvallend is dat het merendeel van de hogescholen in Nederland een lectoraat heeft dat gericht is op zorginnovatie- en technologie. Een lectoraat doet praktijkgericht, wetenschappelijk onderzoek ter verbetering van de kwaliteit van het onderwijs. Van de zeventien hogescholen hebben er vier geen lectoraat dat onderzoek doet naar zorg: de andere hogescholen hebben bijvoorbeeld een lectoraat technologie in de zorg, innovatie in de care, een kenniscentrum zorginnovatie, of een heuse lector zorg op afstand. Ook de Hogeschool Utrecht (HU) heeft een Kenniscentrum Innovatie van Zorgverlening, met meerdere lectoren die zich met gebruik van technologie in de zorg bezighouden. Hans Aerts (HU): “Een lectoraat is inderdaad vaak efficiënt en snel. Wat er uit onderzoek komt wordt gelijk vertaald naar onderwijs.”
Focus van roc’s
Regionale opleidingscentra (roc’s) leiden studenten met een beroepsopleiding op tot bijvoorbeeld doktersassistent, mbo-verpleegkundige, apothekersassistent, tandartsassistent of verzorgenden-IG.
Alle roc’s die zorg- en welzijnsopleidingen aanbieden zijn aangesloten bij de Mbo raad. Han Dahlmans is beleidsadviseur bij de Mbo raad. Het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) komt wezenlijk anders tot stand dan hoger
Een mbo-verpleegkundige kan 'technologische hulpmiddelen en instrumenten inzetten'
beroepsonderwijs, verduidelijkt hij. “Op landelijk niveau werken onderwijsorganisaties en bedrijfsleven samen om zogeheten kwalificatiedossiers vast te stellen. Dat dossier geeft aan wat een student moet kennen en kunnen aan het einde van de opleiding. Op regionaal niveau maken de roc’s afspraken over de invulling van die dossiers met regionale bedrijven en zorgorganisaties.”
In het kwalificatiedossier is per zorgopleiding te zien welke kerntaken en werkprocessen studenten onder de knie krijgen tijdens hun opleiding. Beroepsspecifieke onderdelen in de opleiding mbo-verpleegkundige zijn bijvoorbeeld ‘kan op de computer werken met zorginformatiesystemen’ en ‘kan technologische hulpmiddelen en instrumenten inzetten en gebruiken: eHealth en domotica’.
Het is aan de regionale opleidingscentra om concrete invulling te geven aan het onderwijs, met het kwalificatiedossier als kader. Zo kan het per roc verschillen wat studenten specifiek leren over 'technologische hulpmiddelen, eHealth en domotica’. Het kwalificatiedossier schrijft het ‘wat’ voor, het hoe en hoeveel wordt door de individuele scholen ingevuld op basis van afstemming met het regionale of lokale bedrijfsleven. Zo komt in ieder kwalificatiedossier bijvoorbeeld het onderwerp ouderenzorg aan bod, maar kan in een regio met een sterk vergrijsde populatie door een roc en lokale zorgorganisaties meer nadruk worden gelegd op bepaalde kennis en praktijkervaring. En een doktersassistente die afstudeert aan een Zuid-Limburgs roc kan bijvoorbeeld intensievere kennis over en praktijkervaring met beeldbellen hebben opgedaan dan een student aan het ROC van Amsterdam.
Onderwijsmodule met eHealth
Een goed voorbeeld van hoe onderwijs regionaal tot stand komt is de onderwijsmodule die ROC Midden-Nederland ontwikkelde voor de opleiding tot doktersassistente. Voor die module werkte het ROC samen met Gezondheidscentrum Maarssenbroek en ICT-leverancier PAZIO om een eHealth onderwijsmodule te ontwikkelen. In die module maken assistenten kennis met eHealth, leren ze ermee te werken en leren ze hoe ze patiënten kunnen betrekken bij eHealth.
Sinds dit jaar is er een nieuw format voor kwalificatiedossiers, waarbij naast basis- en profieldelen ook keuzedelen geïntroduceerd zijn. Vergelijk het met een minor bij het hbo. Zo is er een keuzedeel Zorg en technologie, bedoeld voor mbo-studenten die zich willen verbreden of verdiepen in dat thema.
Academisch onderwijs
Wie leidt de arts van de toekomst op? Een rondgang in 2014 langs universitaire medische centra waar het curriculum voor de bachelor Geneeskunde werd aangepast, leerde dat het academisch onderwijs achterloopt op nieuwe zorgtechnologie. Maatschappelijke en technologische ontwikkelingen op het gebied van genetica, personalized medicine, big data en digitalisering bleken nog weinig ingebed in medische opleidingen.
Studenten geneeskunde studeren aan acht universitair medische centra (UMC) in Nederland: Amsterdam UvA, Amsterdam VU, Groningen, Leiden, Maastricht, Nijmegen, Rotterdam en Utrecht. Hier werkt de faculteit voor medische wetenschappen van de universiteit nauw samen met het universitaire ziekenhuis op het gebied van onderzoek en onderwijs. Alle UMC’s volgen een door de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU) opgesteld raamplan. Het Raamplan Artsopleiding stamt uit 2009 en geeft op hoofdlijnen de eindtermen en competenties aan waarover elke basisarts aan het einde van de studie beschikt. Maar het is aan de opleidingen om die hoofdlijnen te vertalen naar curricula en onderwijs. De UMC’s hebben de ruimte om tot een eigen invulling en verdieping van onderwerpen te komen.
Alle UMC’s hebben die taak opgepakt en zijn de afgelopen jaren bezig met het vormgeven van een patiëntgestuurd en toekomstbestendig curriculum. Bij Universitair Medisch Centrum Utrecht wordt er onder de naam CRU-PLUS (CRU+) gewerkt aan een herziening van het medische curriculum, dat deels in 2015 gestart is. Ook de Universiteit van Amsterdam/VU, het UMC Groningen en het Radboudumc introduceerden een nieuw medisch curriculum voor de bacheloropleiding Geneeskunde.
Studenten die niet worden geselecteerd voor de bachelor geneeskunde maar wel interesse hebben in zorg en technologie kunnen kiezen uit genoeg alternatieve studies waar zorgtechnologie aan de orde komt. Zoals de master technische geneeskunde, of klinische technologie, vaak gegeven aan technische universiteiten zoals de Universiteit Twente. De studie is in trek volgens Medisch Contact: het aantal inschrijvingen is twee- tot driemaal hoger dan de beschikbare plekken, waarvoor een numerus fixus geldt.
Opleidingen voor professionals
De zorg verandert snel onder invloed van medische-technologische innovaties. Was het twee jaar geleden nog een unicum dat patiënten hun dossier konden inzien bij een academisch ziekenhuis, tegenwoordig loop je als ziekenhuis achter wanneer je geen patiëntenportaal aanbiedt. Maar ook onderwerpen als big data, consumentenelektronica en wearables, en geavanceerde sensoren voor zorg op afstand veranderen de dagelijkse praktijk van veel zorgprofessionals. Zij merken dat hun opleidingskennis niet (meer) aansluit bij de werkpraktijk.
Vanuit de eerste lijn en zorgbestuurders merkten SmartHealth en De Eerstelijns dat bij ICT-managers, beleidsmedewerkers of managementteamleden vaak de kennis ontbrak om een digitale strategie te kunnen formuleren. Welke technologische ontwikkelingen komen op zorgorganisaties af, welke strategische ICT-keuzes maak ik, en hoe ga ik om met innovatie? SmartHealth en De Eerstelijns ontwikkelden een post-initiële digital health masterclass voor bestuurders. In 2016 startte de eerste succesvolle leergang eHealth strategie, die een vervolg krijgt in 2017.
Recent zijn verschillende (deeltijd) masteropleidingen voor professionals gestart. Bijvoorbeeld de Master Digitale Innovatie in Zorg en Welzijn, die NHL Hogeschool in Leeuwarden startte in 2015. Zuyd Hogeschool in Limburg organiseert de tweejarige Europese Master Care and Technology, opgezet met een aantal Europese partneruniversiteiten. Het AMC ontwikkelde de Master Health Informatics voor werkende zorgprofessionals die zich willen bijscholen.
Online onderwijs
Bij digitale technologie mag een online eHealth-cursus natuurlijk niet ontbreken. Daarom lanceerde Universiteit van Twente in maart dit jaar een zogeheten massive open course, ofwel MOOC. Via het platform Futurelearn kunnen deelnemers zich gratis inschrijven voor de e-learning module en in zes weken tijd meer inzicht krijgen in de mogelijkheden van eHealth; wat verstaan we eronder, en wat zijn succes- en faalfactoren van eHealth?
Online onderwijs over de succes- en faalfactoren van eHealth
Ook het ROC Midden-Nederland startte recent met de massive open course Future Care, Future Professional, waarbij deelnemers kennis kunnen opdoen over technologie in de zorg. Elke week staat er een ontwikkeling in de zorg centraal met daarbij de vraag; wat betekent dat voor de (toekomstige) zorgprofessional?
eHealth meer is dan alleen techniek, dat blijkt uit de eHealth monitor 2016. Er is meer aandacht nodig voor de maatschappelijke innovatie die met de invoering van techniek gepaard gaat, en dat vraagt om opleiding en ondersteuning. Met steeds meer aandacht voor zorgtechnologie in mbo- en hbo-opleidingen, en met de opkomst van gespecialiseerde wo-opleidingen, doen aankomend zorgprofessionals meer kennis en ervaring met zorgtechnologie op. Ook het aanbod van bij- en nascholingen voor verschillende doelgroepen groeit. Zo kan er in de basisopleiding en in de nascholing in de praktijk worden geoefend met concrete eHealth-toepassingen.
Meer lezen over de aanbevelingen uit de eHealth monitor?
Stimuleer actief het gebruik van eHealth door zorggebruikers
Doe nader onderzoek naar het financieringsvraagstuk rondom eHealth
Mooi artikel! Kennis delen moet meer prio krijgen: zowel tussen hogescholen en universiteiten, tussen soortgelijke opleidingen, maar ook interprofessioneel. Sommige opleidingen gaan hierin sneller dan andere. Het HU beleid 'zorgprofessionals opleiden voor nu en later' stelt zorgtechnologie als speerpunt. Wil je meedenken? Geef je op of kom langs tijdens de eHealth week. https://www.hu.nl/overdehu/evenementen/E-health-in-het-zorgonderwijs https://uploads.disquscdn.com/images/4ac82dee3937f871983f662e9f23fde8a6c03389255cab99d283c0b58cd51dc9.jpg
Mooi overzicht van de opleidingen op het gebied van eHealth!
Deze opleidingen zijn inderdaad nodig voor de toekomst, maar
eHealth uitdagingen zijn nu al volop aanwezig. In onze online Master Health
Informatics (www.amc.nl/healthinformatics) zien we om deze reden gemotiveerde zorgprofessionals die naast hun werk, online – tijd en plaats onafhankelijk - onderwijs volgen om m.b.v. efficiënte inzet van ICT de zorg veiliger en kwalitatief beter te maken.
In samenwerking met een aantal partners organiseren we op 26 januari 2017 een inspiratieseminar ‘eHealth? Dat zal je leren!’ waarin huidige eHealth uitdagingen en educatie in centraal staan. Deelname is gratis, registreren kan via https://www.eventbrite.nl/e/tickets-inspiratieseminar-ehealth-dat-zal-je-leren-29782237474
Mooi zo'n overzichtsartikel. Op het gebied van zorg en ICT en eHealth biedt ook Inholland enkele opleidingen aan. Met name voor zorgprofessionals die grip willen krijgen op de komende innovaties, zoals de masterclasses Ontwerpen van effectieve eHealth-toepassingen en Succesvol implementeren van eHealth. Deze masterclasses zijn los te volgen onderdelen van de tweejarige masteropleiding Advanced Health Informatics Practice (www.opleidingzorgict.nl).
Goed om te lezen wat er allemaal gaande is in onderwijsland. Ik snap overigens wel dat het artikel niet een volledig overzicht is, maar ik denk dat de studenten die niet geselecteerd zijn voor de bachelor geneeskunde meer hebben aan een andere bacheloropleiding, zoals Medische informatiekunde aan de UvA.