Het feit dat het merendeel van de Nederlandse apothekers een aansluiting heeft op het Landelijk Schakelpunt (LSP) zorgt niet voor een efficiënte digitale communicatie over medicatiegegevens van patiënten tussen zorgverleners. Apothekers ervaren volgens een nieuw onderzoek van Nictiz belemmeringen in de elektronische communicatie, voornamelijk omdat hun systemen niet of nauwelijks gekoppeld kunnen worden met systemen van andere leveranciers. Bovendien is het medicatieoverzicht niet compleet wanneer patiënten geen toestemming geven voor het delen ervan of zorgaanbieders niet aangesloten zijn op het LSP. Daarom is de fax nog onmisbaar voor 99 procent van de ondervraagde apothekers.
Volgens Lies van Gennip, directeur van Nictiz, zou een betere informatiestandaard de spraakverwarring tussen de verschillende systemen verminderen. Samen met KNMP, de beroepsvereniging van apothekers, andere zorgverleners en de patiënt werkt Nictiz in het programma Informatiestandaard Medicatieproces aan zo’n nieuwe standaard die volgend jaar ingeburgerd zou moeten zijn.
Informatie over medicatie is opgeslagen in systemen van verschillende zorgverleners zoals de huisarts, apotheker, specialist, tandarts of psychiater. Door deze gegevens volgens een informatiestandaard beter vast te leggen en uit te wisselen zouden zorgverleners en patiënten meer inzicht moet krijgen in wat is voorgeschreven door de arts, wat is verstrekt door de apotheek en wat de patiënt daadwerkelijk gebruikt.
Bestaande standaard te beperkt
Er bestaat een Informatiestandaard Medicatieproces 1.0 die in 2013 ontwikkeld is. Maar deze standaard is volgens het rapport vooral gericht op logistieke informatie (orders en afleveringen) en minder op het zorgbreed ondersteunen van actieve overdracht van medicatiegegevens tussen zorgverleners. Ook wordt er in de Informatiestandaard 1.0 geen onderscheid gemaakt tussen logistieke en therapeutische gegevens, waardoor het medicatieoverzicht vaak onoverzichtelijk en voor de patiënt te beperkt is. Bovendien is het voor de patiënt niet mogelijk gegevens aan te vullen.
Inzage voor patiënt: goed idee
Door patiënten inzage te geven in hun eigen medicatiedossier kan de kans op fouten in het dossier worden verkleind. Volgens het rapport staan apothekers positief ten opzichte van eHealth. Het overgrote deel (91 %) van alle apothekers vindt online inzage voor de patiënt gewenst. Ze noemen als argumenten voor inzage door de patiënt: het is het recht van de patiënt, het geeft de patiënt een rol in beheer van zijn dossier, het versterkt regie en zelfmanagement en het bevordert de correctheid van medicatiegebruik en therapietrouw.
Het rapport concludeert dat digitale inzage in het medicatieoverzicht door patiënten en het online uitwisselen van medicatiegegevens tussen zorgverleners en met de patiënt mogelijk vermijdbare ziekenhuisopnames kan voorkomen. In Nederland zijn het aantal ‘vermijdbare medicatiegerelateerde ziekenhuisopnames’ volgens de Inspectie voor de Gezondheidszorg ongeveer 16.000 per jaar.
Onderzoek
Het eerste onderzoek van Nictiz naar de stand van zaken rondom eHealth in de farmacie is gedaan met medewerking van de KNMP en de NVZA (Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers) 122 openbaar apothekers en 17 poliklinische apothekers vulden een uitgebreide vragenlijst in. Het kwalitatieve onderzoek kwam tot stand door deelname van een focusgroep van vijf apothekers. In totaal zijn vier thema’s onderzocht: de elektronische communicatie tussen apotheek en patiënt, elektronische informatie-uitwisseling met zorgverleners, online inzage door de patiënt en de toekomst.
Trackbacks & Pingbacks
[…] aan een landelijke oplossing voor de ontbrekende mutatie- en stopberichten. Onder de naam ‘Informatiestandaard Medicatieproces’ hebben de grote zorgpartijen, zorgverzekeraars en Nictiz een technische oplossing bedacht. Dik: […]
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!