eHealth op de werkvloer: multidisciplinair overleg in een veilige online omgeving

In de serie eHealth op de werkvloer spreekt SmartHealth met zorgprofessionals die dagelijks te maken hebben met eHealth toepassingen. Veel van die technologische innovaties betekenen op papier efficiënter werken, kwaliteitsverbetering of kostenverlaging. Maar in de praktijk zijn er vaak genoeg obstakels te overwinnen. Een kwestie van tussen droom en daad? Deze week: Shanti Brandon, kaderhuisarts bij huisartsenpraktijk Den Haag Zuid.

“We zijn ruim anderhalf geleden gestart met een project waarin we onderzochten hoe we ouderenzorg konden verbeteren. Omdat we binnen de ouderenzorg vrijwel altijd met meerdere zorgverleners samenwerken rond één patiënt, zochten we naar een instrument om veilig digitaal met elkaar te kunnen communiceren. Ons HIS (huisartsinformatiesysteem) is niet voldoende uitgerust om ruimte te bieden aan andere zorgverleners, daar heb je een ketenzorgprogramma voor nodig. Uiteindelijk is onze keus op eGPO gevallen”.

eGPO (elektronisch gestructureerd patiënten overleg) is een systeem dat communicatie tussen zorgverleners onderling en tussen patiënten en zorgverleners verbetert. Het systeem is bedoeld om de communicatie en coördinatie rondom kwetsbare patiënten beter te laten verlopen, waarbij de patiënt centraal staat. “In onze zoektocht naar een goed systeem hielden we een aantal randvoorwaarden voor ogen.

Het moet patiëntvriendelijk zijn – patiënten moet zelf ook toegang kunnen krijgen - en open zijn voor alle betrokken zorgverleners, je moet afspraken kunnen maken en op kunnen slaan en je moet gegevens kunnen terugkoppelen naar je HIS en andersom als dat nodig is”, vertelt Brandon. “Tenslotte was goede beveiliging een belangrijke eis. Mijn e-mail is niet veilig en ik probeer zorgverleners er altijd op te attenderen mij geen gedetailleerde patiëntgegevens te mailen. Maar als een case-manager bij een patiënt is en mij over iets wil infomeren en ik neem op dat moment mijn telefoon niet op, dan krijg ik het toch vaak in mijn mailbox. Dat wilden we dus anders hebben.”

Trainen om te werken met eGPO

In de huisartsenpraktijk van Brandon start een pilot met eGPO om praktijkervaring met het systeem op te doen. “In het begin was het best lastig. Het lijkt niet op ons HIS, dus iedereen moest wennen. Dat levert natuurlijk weerstand op, niemand zit op al die verandering te wachten. Daarnaast is eGPO geen vervanging van werkzaamheden, je moet evengoed met zorgverleners samenwerken, hen leren kennen, weten wat ze doen.

En je gaat er ook niet minder patiënten door bezoeken. Maar het systeem zorgt er wel voor dat samenwerken makkelijker en beter wordt, en daar zit dan ook de meerwaarde. Daarnaast bleek in de praktijk gelukkig vrij snel dat eGPO echt praktisch is en meer biedt dan wat we alleen met ons HIS kunnen doen. Dat had positieve invloed op de acceptatie en motivatie van de zorgverleners die er mee aan de slag moeten.”

De zorgverleners binnen de huisartsenpraktijk zijn allemaal getraind om met het nieuwe systeem te werken. “Ook daarmee blijf je aan de gang”, meent Brandon, “er komen natuurlijk constant nieuwe mensen bij in het systeem en er gaan mensen weg. Zo blijft het in beweging.”

Voorbeeldpagina in eGPO

In de huisartsenpraktijk hoefde er naast het trainen van de zorgverleners niet veel te veranderen. “Computers en internet zijn er al, dus je hebt alleen een inlogcode nodig en dan kun je aan de gang.” eGPO is nog niet gekoppeld met het HIS. “Maar ik kan wel een compilatiebrief maken met daarin alle informatie die ik nodig heb – het zorgplan, de acties, de betrokkenen – en deze opslaan in het HIS. Het werkt niet super eenvoudig, maar het is wel fijn dat het überhaupt kan.” Daarnaast heeft de ontwikkelaar laten weten dat het vanaf februari wel mogelijk is om met het HIS te koppelen.

Patiëntenparticipatie kost tijd

In Brandon’s dagelijkse bezigheden speelt eGPO inmiddels een grote rol. “Ik kom vaak bij patiënten thuis die meer of andere zorg nodig hebben dan ik hen als huisarts kan bieden. Bijvoorbeeld hulp van een psycholoog, fysiotherapeut of een diëtist. Dan kan ik in eGPO een zorgplan aanmaken waar ik andere hulpverleners voor uitnodig. Dat overleg ik overigens altijd van te voren met de patiënt, of hij het goed vindt dat ik andere zorgverleners ook toegang geef tot zijn zorgplan.

Wanneer de door mij uitgekozen fysiotherapeut de uitnodiging accepteert, dan kan hij of zij zien waar ik mee bezig ben, maar ook zijn of haar eigen observaties opschrijven en het zorgplan aanpassen. Als ik de keer daarop bij mijn patiënt ben, weet ik wat er met de fysiotherapeut besproken en geregeld is en dat is heel prettig. Het komt ook weleens voor dat een fysiotherapeut een patiënt volledig overneemt. Normaal zou die informatie mij als huisarts nooit bereiken, maar nu weet ik er wel van. Mocht een patiënt evengoed later nog eens op spreekuur komen, dan ben ik op de hoogte.”

Een probleemlijst in eGPO

Wat patiënten zelf merken van eGPO hangt volgens Brandon af van hun betrokkenheid. “Wij hebben relatief weinig patiënten die zelf actief aan het systeem deelnemen”, vertelt de huisarts. “Dat is jammer, want patiënten kunnen er ook baat bij hebben. Ze kunnen in hun eigen tijd informatie met ons delen, die we vervolgens kunnen bespreken als we elkaar weer zien.

Wij kunnen patiënten voorzien van een inlogcode zodat ze zelf mee kunnen kijken en werken, maar daar heeft nog bijna niemand gebruik van gemaakt. Dat zal wel deels te maken hebben met de leeftijd van onze patiënten en de sociaal armere wijk waarin wij werkzaam zijn. Niet alle ouderen hebben toegang tot een computer en de ouderen die dat wel hebben, hebben soms hulp nodig om daar iets mee te kunnen. Daardoor blijft het voor hun een wat ver van hun bed show.” Volgens Brandon is patiëntparticipatie in ieder geval een proces waar tijd overheen gaat.

Subsidie voor eGPO

Van een zorgverzekeraar heeft de praktijk waarin Brandon werkt subsidie gekregen om eGPO in te zetten. “De desbetreffende zorgverzekeraar is erg positief over eGPO. Het is een goede manier van werken die tegelijkertijd ook tijd bespaart. Ik kan in een mum van tijd verschillende zorgverleners uitnodigen en contact met hen hebben. Als je fysiek met elkaar samen moet komen, kost dat veel meer tijd. Nu vindt het overleg digitaal plaats. Je leert elkaar als zorgprofessionals naar mijn mening ook beter kennen, iets wat de zorg ook ten goede komt.”

Alle afleveringen van eHealth op de werkvloer lezen?